Normen en richtlijnen
Het gemeenschappelijke doel van onze productmanagers en diensten is het
aanbieden van betrouwbare, duurzame en hoogwaardige producten die voldoen aan de voorschriften en/of normen van elke regio waar ze worden gebruikt.
Systeem bestaande uit een verplaatsbaar valstopapparaat met zelfremmende werking vast aan zijn flexibele levenslijn (touw, kabel…). Een energieverdelingselement kan worden ingewerkt in het geheel.
Systeem samengesteld uit een mobiele en automatische valstop vast op zijn support (rail of kabel). Een schokabsorber kan in het geheel zijn ingewerkt.
Bevestigingsmiddel voor het lichaam, bestemd om het vallen te stoppen. Het valharnas kan bestaan uit riemen, gespen en andere elementen ; op gepaste manier opgesteld en afgesteld op iemands lichaam, om hem te kunnen tegenhouden tijdens, alsook na de val.
Beschrijft de artikelen en de situaties voor individuele bescherming tegen valrisico’s.
In functie van de graad van het gedekte risico definieert de verordening de categorieën van PBM’s en legt de verschillende verplichtingen vast voor de fabrikant:
• PBM van eerste categorie : Bescherming tegen minimale risico’s.
• PBM van categorie 2 : Alle PBMs die niet van categorie 1 of 3 zijn.
• PBM van categorie 3 : Bescherming tegen risico’s met invaliditeit of dood tot gevolg.
De EU verordening 2016/425 legt de eisen vast voor de ontwikkeling en de vervaardiging van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBMs) teneinde deze op de markt te brengen met als doel de gezondheid
en de veiligheid van eindgebruikers te garanderen. Fabrikanten die conform deze eisen van de verordening producten vermarkten, mogen dan ook de CE markering op hun PBMs aanbrengen. Deze EUverordening
2016/425 vervangt sinds 21/4/2018 de EEG-richtlijn 89/686.
• PBM van categorie 1: evaluatie van de conformiteit door de fabrikant (Module A)
• PBM van categorie 2 en 3 : EU-onderzoek van deze types PBM’s (Module B) door een gecertifieerd en onafhankelijk orgaan die de conformiteit aan de EU-verordening 2016/425 nagaat met behulp van geharmoniseerde normen vastgelegd in de verordening. Met aflevering van een attest van onderzoek “EU type” (een confidentieel document).
• PBM van categorie 1,2 en 3 : CE markering op het product.
• PBM van de categorie 3 : controle door een beëdigd en onafhankelijk organisme dat de conformiteit garandeert van de productie van het onderzochte PBM op twee manieren: - ofwel follow-up van de conformiteit met het type op basis van de interne controle van de productie en controles van het product met willekeurige tussenpozen (Module C2) - ofwel conformiteit met het type door de kwaliteit van de productiemethode te garanderen (Module D)
• PBM van categorie 1, 2 en 3: Bevestiging van de fabrikant van de EU conformiteitsverklaring aan de eindgebruiker, de distributeur en aan de erkende autoriteiten die de markt bewaken, van de conformiteit aan de EU Verordening 2016/425.
Verbindingselement of element deel uitmakend van een systeem. Een verbindingselement kan een karabijnhaak zijn of een haak.
Classe A: Verankeringsconnector, met automatische sluiting, gebruikt als component en ontworpen om direct aan een specifiek
verankeringssysteem bevestigd te worden.
Classe B: Basisconnector met automatische sluiting, gebruikt als component.
Classe M: Basisconnector voor meervoudig gebruik, met schakelsluiting, gebruikt als component, kan belast worden afhankelijk
van de grote of de kleine as.
Classe Q: Connector met schakelsluiting, gebruikt voor permanente of lange termijn toepassingen, karabijnhaak met schroef. Als
dit deel eenmaal vast geschroefd is, wordt het een dragend deel van de connector.
Classe T: Connector met afgewerkt uiteinde, met automatische sluiting, ontworpen als element van een subsysteem voor het
zodanig bevestigen dat de druk in een vooraf bepaalde richting wordt uitgevoerd..
Verbindingselementen of deel uitmakend van een systeem. Een vallijn kan bestaan uit een touw uit synthetische vezels, een metalen kabel, een band of een ketting.
OPGELET: Een vallijn zonder energie absorber mag niet gebruikt worden als valstopsysteem.
Een werkpositioneringssysteem bestaat uit elementen (gordel en werkpositioneringslijn), aan elkaar verbonden om een complete uitrusting te vormen.
Element waaraan een valbeveiligingssysteem kan worden vastgemaakt. (Norm die op dit moment wordt aangepast).
TYPE A - GEEN PBM: Verankeringssysteem met één of meerdere vaste ankerpunten waar een structurele verankering voor nodig is.
Type B: Verankeringssysteem met één of meerdere vaste ankerpunten waar geen structurele verankering voor nodig is.
Type C - GEEN PBM: Verankeringssysteem dat een flexibele ankerlijn gebruikt met een maximale afwijking van 15°.
Type D - GEEN PBM: Verankeringssysteem dat een starre ankerlijn gebruikt met een maximale afwijking van 15°.
Type E: Verankeringssysteem voor oppervlakken met een helling tot maximaal 5°.